
Joscolumn: Albert Kleijn
Ik merk behoorlijk wat ambivalentie in mezelf als het om deze thematiek gaat. Wij komen als club natuurlijk voort uit een uitzendbedrijf. Weliswaar een maatschappelijk uitzendbureau dat niet op winst gericht was, maar een maatschappelijke opdracht meekreeg. Opgericht in een tijd dat uitzenders als moderne koppelbazen werden gezien. Start Uitzendbureau had de facto twee doelen: via tijdelijk werk werklozen weer aan een baan helpen en de branche fatsoeneren met opleidingsmogelijkheden, pensioenvoorziening enzovoorts.
Dat is allemaal verleden tijd.
Als gevolg van onder andere robuuste wet- en regelgeving zijn veel ondernemers tegenwoordig huiverig om zelf verantwoordelijkheid te dragen voor hun eigen werknemers. Dat is mede één van de redenen waarom flexwerk in ons land zo’n enorme groei heeft doorgemaakt. Toen wij als Start Foundation in 1998 starten waren er zo’n 600.000 flexwerkers. Nu zijn er dat zo’n 2.7 miljoen waarvan zo’n 900.000 uitzendkrachten zijn.
Het hierboven geciteerde argument van Albert Heijn is juridisch vast juist, maar vanuit sociaal oogpunt natuurlijk volstrekte apenkool. Het bedrijf kan helemaal niet zonder deze mensen op hun eigen werkvloer. En zij niet alleen. In distributiecentra in Nederland is zeven op de tien medewerkers een arbeidsmigrant. Deze arbeidsmigranten worden – zoals we recent nog bevestigd zagen in het proefschrift van criminoloog Ruben Timmerman – niet door werkgevers, maar door economische nood gedwongen om hier te werken. En volgens Timmermans komen zij veelal in arbeidsomstandigheden terecht die misschien niet direct illegaal zijn, maar wel ondermaats. Hij pleit dan ook voor een drastische systeemverandering waarbij uitzenden stevig aan banden wordt gelegd.
Die discussie moet hoe dan ook gevoerd gaan worden. En dan niet louter gaan over wel of geen uitzendwerk. Die moet ook gaan over welke economische bedrijvigheid we hier nu wel of niet willen en kunnen hebben. En die moet gaan over hoe we op de werkvloer met elkaar verenigd willen zijn. Over hoe vast flexibeler kan worden en flexibel vaster kan worden. Over gelijke rechten en gelijke kansen. De uitkomsten moeten leiden tot stevige ingrepen en veranderingen. Dat gaat ongetwijfeld ten koste van bepaalde sectoren en bedrijvigheid. Dat is dan maar zo.
Zachte heelmeesters hebben we genoeg gehad in het verleden en de nare geur van de door hen verzorgde wonden hangt nu bijvoorbeeld penetrant boven Geldermalsen en Pijnacker.
Jos Verhoeven
Jos Verhoeven schrijft op regelmatige basis zijn visie op de versnelling van de eerlijke arbeidsmarkt en wat er verder ter tafel komt op LinkedIn.

